In deze silo is een roerwerk ingebouwd, die de specie leven-dig houdt, waarna het verpompt kan worden naar het stort.In het bouwdok (fig. 14) hebben we voldoende ruimte voorde uitvoering van het werk aan de zinkstukken. Op het werk-terrein werd een eigen betonfabriek opgericht, uitgerust mettwee tegenstroommolens van elk 1000 I. De vereiste produktie-capaciteit moet zijn 50 m3/uur. De installatie werkt vol-auto-matisch voor wat betreft het afwegen van toeslagmaterialen,cement, tras en water; iedere molen wordt door 1 man be-diend.De mengtijd --die uit proeven werd bepaald-- werd gesteldop 70 sec. Zand en grind worden afgewogen onder de be-treffende silo's waarna het afgewogen materiaal door middelvan een lopende band naar de hoog opgestelde molens wordtgebracht. Bij de molens wordt cement, tras en water gewo-gen, respectievelijk gemeten en daarna toegevoegd.De gehele installatie is zodanig gebouwd, dat de betonspeciein vrije val kan worden gelost in de vrachtwagens, die hetbeton vervoeren naar twee uitbrengsilo's welke op de boven-rand van het talud van het bouwdok zijn opgesteld. Van hier-uit wordt het beton met behulp van torenkranen en stortbak-ken in het werk gebracht.De verwerkingscapaciteit die met het storten tot nu toe werdgehaald, is mede afhankelijk van de aard van het constructie-deel en varieert van ruim 25 m3/uur tot ruim 40 m3/uur.Op het werkterrein in het bouwdok is tevens opgesteld hetbetonlaboratorium, dat voor het gehele IJ-tunnelwerk is be-doeld. In dit laboratorium worden de mengverhoudingen be-paald, vindt de zand- en grindkeuring plaats en wordt eenuitgebreide documentatie opgebouwd. Het betonlaboratoriumadviseert alle chefs hoofdonderdelen betreffende de--wat men vroeger noemen zou-- bouwcontrole. Tevens wor-den hier verschillende proefseries voorbereid en uitgewerkt.Het eerste tunnelelement voor de U-tunnel gereedOp 20 november ?I. werd het eerste voltooide tunnelelementuit het bouwdok gesleept en achter de strekdam in de Hout-haven opgeslagen.Zoals waarschijnlijk bekend is, worden de tunnelelementen gro-tendeels volgens de zinkmethode op hun plaats gebracht. Daarwaar dit niet mogelijk is, nl. ter plaatse van de kruising vanhet tunneltrac? met de spoorbaan, wordt de caissonmethodegevolgd.Van de in totaal 9 tunnelelementen worden er 3, na elkaar, ge-maakt in het bouwdok nabij Tuindorp Oostzaan, dat speciaaldoor de Gemeente Amsterdam aangelegd is, en 6 in het bouw-dok van de Rijkswaterstaat, waarin momenteel nog de vervaar-diging van de elementen voor de Coentunnel plaatsvindt, maardat in de loop van 1964 ter beschikking van de Gemeente Am-sterdam zal komen. Zoals blijkt uit het artikel van ir. L. P.S i k k e l (zie blz. 66]-667 van dit nummer van Cement) zijn deeerste twee tunnelelementen die in het bouwdok TuindorpOostzaan vervaardigd worden, bestemd voor het tunnel-gedeelte in het Oosterdok, en kunnen eerst daarheen versleeptworden wanneer de 3 caissons onder de spoorlijn afgezonkenzijn en de bouwput opengebaggerd is. Tot op dat momentzullen de zinkelementen dus tijdelijk opgeslagen moeten wor-den in de Houthaven.In de zomer van 1962 vingen de werkzaamheden in het bouw-dok Tuindorp Oostzaan aan met het storten van een 35 cmdikke gewapend-betonvloer die onderheid is met 1400 houtenpalen. Op deze betonvloer werd een laag van 5 cm grindzanduitgespreid, waarop in september 1962 met enig ceremonieelde eerste 8 mm dikke staalplaten gelegd werden, die dienstzouden gaan doen als waterdichte bekleding van de tunnel.Voor het eerste tunnelelement met afmetingen van8 ? 25 ? 90 m werd 6200 m3beton, 270 ton plaatstaal en 600ton wapeningstaai verwerkt.De bouw, die in verband met de strenge winter ca. 3 maandenvertraagd werd, kwam gereed in de eerste helft van de maandoktober. Nadat het tunnelelement aan de uiteinden door sta-len kopschotten waterdicht afgesloten was, kon op 21 oktobervan dit jaar het water in het bouwdok worden toegelaten.In de dagen van 23 tot 28 oktober is het element op water-dichtheid van vloer, wanden en dak beproefd.In het eerste stadium werd daartoe de waterstand verhoogdtot 80 cm onder de bovenkant van het dak. Gedurende 24 uurwerd deze stand gehandhaafd en werden vloer en wanden opwaterdichtheid gecontroleerd.In het tweede stadium werd 1700 m3ballastwater toegelaten.Aangezien het element een drijfvermogen bezit van 17000 ton,kon het bij een eigen gewicht van 18000 ton niet opdrijven.Met staalkabels werd het element aan de oevers van het bouw-dok verankerd. Het waterpeil werd nu verhoogd tot 50 cmboven de bovenkant van het dak. Gedurende 24 uur werd ookdeze waterstand gehandhaafd. Zoals verwacht was deden erzich geen lekkages voor.De waterstand werd vervolgens verlaagd tot 10 cm onder detheoretische drijfhoogte, waarna het grootste gedeelte van hetballastwater weer uit het tunnelelement gepompt werd.Op 28 oktober werden de voorbereidingen getroffen voor de'uitvaart' van het element. De waterstand werd geleidelijk ver-hoogd zodat het element na enige tijd ging opdrijven. Ver-volgens werd het restant ballastwater uitgepompt en de water-stand in het dok opgevoerd tot 0,40 m -- N.A.P., gelijk aan hetpeil in het Noordzeekanaal.In het begin van de afgelopen maand zijn 36 damplanken vanCement XV (1963] Nr. 11 66718 m lengte, die het dok van het Noordzeekanaal scheiddengetrokken, waarna een baggermolen begonnen is met het weg-baggeren van de gronddam onder het wateroppervlak. Deroute waarlangs het element van het bouwdok naar de Hout-haven versleept zou worden, werd met behulp van een sleep-balk, opgehangen aan een grijper-ponton, tot een diepte van9 m onder de waterspiegel afgedregd om eventuele obstakelsop te sporen.In de nacht van 20 op 21 november werd begonnen met hetomleggen van de kabels waaraan het element verankerd was.Om ongeveer 6 uur in de morgen werd het element met behulpvan lieren uit het dok getrokken; de kabels waren hiertoe aanbolders op de bovenzijde van het element bevestigd en ver-bonden met lieren op de wal. Andere kabels stuurden en rem-den het element. Toen het element voor ongeveer de helftbuiten het dok gebracht was, werd het trekken overgenomendoor sleepboten; aanvankelijk door twee aan de voorzijde,later ook door twee achter het element. Tegen het middaguurverliet het element het bouwdok en arriveerde na twee uurslepen in de Houthaven, waar het afgemeerd werd achter destrekdam langs het kanaal.In de zomermaanden was deze ankerplaats tot 10 m -- N.A.P.uitgebaggerd en waren er ankerboeien geplaatst.Op het afgemeerde tunnelelement zal een boordverlichtingworden aangebracht en zal permanente bewaking en controleaanwezig zijn.Dit eerste element en eventueel ook het volgende blijft hieropgeslagen totdat over ruim ??n jaar de caissons onder despoorbaan nabij de Oosterdoksdoorgang op diepte gebrachtzijn, waarna de elementen daarover heen naar het Oosterdokgesleept kunnen worden om aldaar te. worden afgezonken.Ne.het element op zijn tocht naar de Houthaven Foto: Fr. Rotgans668 Cement XV (1963) Nr. 11
Reacties