IUITVOERINGSTECHNIEK IREPARATIECONSTRUCTIEF HERSTELVAN AANGETASTE VLOERENVeel minder geruchtmakend dan de Monoliet-affaire, maar wellicht niet minderernstig, hebben we thans een Kwaaitaal-affaire: begane-grondvloeren waarvan deveiligheid wordt bedreigd door wapeningscorrosie, ge?nitieerd door chloride. Alserfenis uit de Monoliet-affaire is er een systeem waarmee constructiefherstelgelukkig mogelijk is.Een bezoek aan de kruipruimteonder begane-grondvloeren isinderdaad niet zo'n leuke bezig-heid, maar toch ten zeerste aan te beve-len als onderdeel van een bouwkundigeinspectie. Niet zelden leidt zo'n bezoektot onverwachte en minder plezierigeontdekkingen. De laatste jaren hebbendiverse beheerderseneigenarenmoetenvaststellen dat de onderzijde van devloer er slecht aan toe is.Als er voor een gebouw of een gebou-wencomplex een begane-grondvloervan elementenvan het type Kwaaitaal istoegepast, bestaat er extra reden dezevloeren grondig aande onderzijde te in-specteren. In het midden van de jaren'70 zijn er in de fabrieken van de voor-malige firma Kwaaitaal honderddui-zenden vierkante meters vloerelemen-ten geproduceerd, met in hoogtijdageneen produktie van twee elementen uit??n mal per dag. Als verhardingsver-snelleris daarbij vaakeenchloride-hou-dende hulpstoftoegepast, met als gevolgeen chloride-gehalte in het beton vansomswel 1%ofmeer, ten opzichtevan decementmassa. Gelijkvormige vloerele-menten worden vandaag de dag gepro-duceerd doorde firma Flevobeton,dochbij deze Flevo-segmentvloeren zijn, zo-als het IBBC-TNO heeft onderzocht,geen chloridehoudende stoffen ver-werkt*.We weten inmiddels maar al te goedwelke gevaarlijke rol chloride speelt inhet ontstaan van wapeningscorrosie. Inde huidige betonvoorschriften zijnstrenge eisen gesteld aan het chloride-gehalte van beton; hulpstoffen op basisvan chloride zijn verboden.Bij dergelijke hoge chloride-gehaltes, incombinatie met een geringe dekking enhet vochtige milieu in kruipruimtes,kan men zeker zijn van wapeningscor-rosie binnen de levensduur van het ge-bouw. De laatste jaren zijn dan ook alheelwatschadegevallenaanhetlichtge-treden. Wapeningscorrosie ten gevolgevan te hoge chloride-gehaltes, kan al24snel tot onveilige situaties leiden. Er isnamelijk sprake van putvormige corro-sie, waarbij de doorsnede van het wape-ningsstaal snel kan verminderen. Als dechloride is ingemengd in hetbeton, is deschade bovendien lastig te herstellen.Betonreparatie in een kruipruimte is inwezen niet doenlijk.In verschillende gevallen werd dan ookde hele vloer vervangen. In de meestegevallen blijkt evenwel constructiefherstel mogelijk met een systeem datbetonreparatiebedrijf BIM uit Arkelhiervoor ontwikkelde. De afgelopenja-ren is de levensduurvan enkele tiendui-zenden vierkante meters Kwaaitaal-vloer op deze wijze aanmerkelijk ver-lengd. Met nadruk wordt gezegd con-structief herstel, omdat met deze me-thode het draagvermogen weer op-nieuw wordt verzekerd zonder datdaarbij iets aan het verdergaande procesvan wapeningscorrosie wordt of be-hoeft te worden gedaan.Naspansysteem van BIMHet systeem is gebaseerd op de oplos-sing die eerder voor de aangetastebreedplaatvloeren van Monoliet is toe-gepast. De Monoliet-affaire kwam in1976 in de publiciteit. Ook daar waschloride in het spel, in combinatie methoge porositeit en geringe betondek-king. Deze vloeren zijn achterafvan eenvoorspansysteem voorzien (ofbeter ge-zegd een naspansysteem). Door het aan-brengenvan spankabelsineen paraboli-sche vorm onder de vloerelementenontstaat bij het aanspannen van de ka-bels enerzijds een drukspanning in degehele vloer, anderzijds een opbuigendmoment, waardoor onder in de vloergeen trekspanning meer kan optredenen de daar aanwezige, aangetaste wape-ning zijn functie mag verliezen.Ook holle-baksteenvloeren zijn met ditsysteem gerepareerd. Door de soms zeerporeuze specie waarmee holle bakste-nen op de bouwplaats tot vloerelemen-ten werden gemetseld ofdoor het somsniet goed 'vol en zat' metselen wordt deaanwezige wapening niet ofnauwelijksbeschermdwaardoor ineenvochtig mi-lieu gemakkelijk wapeningscorrosiekan ontstaan door carbonatatie.Nu zijn dus de vloeren van het typeKwaaitaal aan de beurt, waarbij tegelij-kertijd moet worden opgemerkt dat ze-ker niet alle geproduceerde elementenslecht zijn. Om welk deel van de pro-duktie het gaat en waar deze produktenzich bevinden, is echter niet meer teachterhalen. De 6.rma Kwaaitaal maak-te trogvormige elementen van 50 cmbreed envanvariabele lengte, waarop inhet werk een druklaag werd gestort.Voor het parabolisch verloop van de aante brengen spankabels zijn drukpuntenaan de onderzijde van de vloer nodig.Hierbij is de gewelfde onderzijde van devloer een voordeel, omdat hierin ge-makkelijk drukblokken kunnen wor-den aangebracht (fig. 1-2).Voor het spansysteem worden kabels 012,9 mm gebruikt, FeP 1860, met eenkunststofomhullingsbuis 0 25 mmoVoor de verankeringen worden massie-ve koppen gevormd aan de einden vanelk vloerelement, door deze ter plaatsete storten. Van onderaf aangebrachtechemische ankers zorgen voor de sa-menwerking tussen nieuwenoud beton(fig. 3).Na aanspannen tot 50% wordt de om-hullingsbuis met cementgrout ge?njec-teerd, zodat de drukverdeling over degehele lengte kan plaatsvinden. De ver-ankeringen van de spankabels kunnen* Ten einde elke verdenking van chloride-ver-ontreiniging in de Flevobeton-vloeren weg tenemen, heeft deze firma in 1985 een onderzoeklaten uitvoeren door TNO-IBBe. Het steek-proefgewijs uitgevoerde onderzoek heeft aan-getoond dat in Flevobeton-vloerelementen,geproduceerd in de periode 1964 tlm 1979,geen chloride-houdende stoffen aan de beton-specie zijn toegevoegd (TNO-IBBe rapportB-85-342/60.6.2496)Cement 1988 nr. 9t 40007r900l'9007r 900'"900 I,,:.t '1 Ij.-._- ' - ' - '' - ,spankabel1 2 Langs- en dwarsdoorsnede- over een begane-grondvloervan Kwaaitaal elementen, metaanduiding van het naspansysteem van4Inspectie van de onderzijde van debegane-grondvloer vanuit dekruipruimte. Het hier getoondeschadebeeld is bepaald niet ongewoon5 Uitvoering van constructiefherstelmet het BIM naspansysteem.Aanbrengen van de splijtwapening tenbehoeve van de verankeringen van despankabelsCement 1988 nr. 9BIM. De voor het parabolisch verloopvan de kabels benodigde drukblokkenvinden hun plaats in de welving van devloerelementenverankering op vloerelement3Plaatsing van de verankeringenvan het naspansysteem enaanspannen van de kabels geschiedtvanafde gevelzijde. Aan de einden vande elementen zijn door aanstortingmassieve blokken gevormd, die doormiddel van chemische ankers zijnverbonden aan het oude beton25!UITVOERINGSTECHNIEK !REPARATIE6 Situatie kort voor het aanspannenvan de kabels7 Twee vloerelementen inverschillende fasen van het herstelmeestal vanafde gevelzijdeworden aan-gebracht, door een gedeelte van hetmetselwerk te verwijderen.Alvorens tot uitvoering over te gaan,wordtdevolledigevloervergeleken metde bouwtekeningen, omdat de werke-lijkheid nog wel eens verrassingen ople-vert, waardoor extra maatregelen nodigzijn. Zo kan het voorkomen dat tussenaansluitende vloervelden een ruimte isopengelaten. Deze moet worden opge-vuld met injectiespecie opdat ??n mas-siefvloerveld ontstaat. Bij gebouwdila-taties lopen de kabels niet door maarwordt per gebouwdeel gespannen.Per spankabel is doorgaans een span-kracht van 90 ? 100 kN nodig. De bere-kening is erop gebaseerd dat het span-systeem tot in lengte vanjaren de volle-dige belasting uit de vloer inclusief denuttige belasting moet kunnen dragen.Het corrosieproces gaat immers ge-woon door en op een gegeven momentzal de hoofdwapening volledig zijndoorgeroest. Omdat deze wapening na268 De verankeringen kunnen in veelgevallen vanafde gevelzijdeworden aangebracht, waardoor devloer tijdens de uitvoering van hetherstel normaal in gebruik kan blijvenhet constructief herstel, dus vanaf hetfunctioneren van het spansysteem,spanningsloos is geworden, blijft devloer ook na doorroesten van de wape-ning gewoon in tact. Bij het berekenenvan de benodigde spankracht wordenlange termijneffecten als krimp enkruip van de vloer alsmede relaxatie vanhet voorspanstaal verdisconteerd, ter-wijl daarnaast het scheurvrij blijven vande vloer(a&.rerking) aan de bovenzijdein onbelaste situaties een belangrijkerandvoorwaarde is. Hetis van het groot-ste belang dat het naspansysteem duur-zaam blijft functioneren, vandaar dat detoegepaste materialen van het systeemzorgvuldig zijn geselecteerd op duur-zaamheid. De door schade wijs gewor-den beheerder zal op gezette tijden tochnog wel eens op een veilige en verant-woorde wijze de vloer willen inspecte-ren ofonderhoudswerkzaamhedenwil-lenverrichten aan onderdevloer aange-brachte verwarmings- of waterleidin-gen.KostenBelangrijk voordeel van het BlM-sys-teem is dat alle bestaande leidingen on-derde vloer kunnenblijvenzittenen datde vloer tijdens de uitvoering van de re-paratie in gebruik kan blijven. Ditlevertdaarnaast ook belangrijke financi?le be-sparingenop ten opzichtevan eenvolle-dige vervangingvan devloer.Een geheelnieuwe vloer zal, vanwege de hoge bij-komende kosten, al gauw op f 1500 perm2kosten, terwijl bij constructief her-stel door middel van het naspansysteemvan BlM de kosten vari?ren van f 250tot f 300 per m2, afhankelijk van de si-tuatie. .].H.K?hnemet medewerking vanir.P.CNuiten (BlM)Cement 1988 nr. 9
Reacties