foto 1abeschadigd vertikaal be-tonoppervlak in zoet-wateromgeving Eenafgedrukte scherf wordtgetoond; de be-tondekking bleek ca 1cm te zijn.De ouderdom der con-structie is ruim 10 jaren.Ir. J. P. Josephus JittaHoe houdt gewapendSchrijver dezes, die speciaal bij de ,,natte" water-bouw betrokken is, heeft geconstateerd, datbouwwerken van gewapend beton zich in Neder-land over het algemeen zeer goed houden, onaf-hankelijk van het feit of zjj zich bevinden in zee-water of in een vochtige zoute omgeving, danwel in streken waarin het water zoet is.Niettemin tonen vele oudere bouwwerken hieren daar minder fraaie plekken; het ene bouw-werk meer dan het andere. Deze plekken be-treffen het te voorschijn komen van roestig wa-peningsstaal. Aangenomen, dat de gradering vanfoto 1bdoor te dicht bij de oppervlaktegelegen wapeningsstavenbeschadigd vertikaalbetonoppervlak in zouteomgevingDe ouderdom der constructie isruim 20 jaren.258foto 1cvertikaal betonoppervlak,oud ruim 20 jaren, bezetmet zeepokkenAlleen beschadigd waareen wapeningsstaaf tedicht aan de oppervlakteligt.beton zich op den duur?het beton van dien aard is, dat waterdicht werkwordt verkregen, meent hij te hebhen geconstateerddat, waar wapeningsstaal bloot is gekomen, debetondekking onvoldoende was. Hoe geringer debetondekking, hoe eerder de kwaal zich zalopenbaren. Welke dekking voldoende is te ach-ten om het verschijnsel tot in lengte van dagen tevoorkomen, is niet bekend. Daarvoor is degewapend-betontechniek nog te jong. Pasopgeleverde betonwerken zien er, wat hetvorenstaande betreft, steeds feilloos uit. Waar eenstaaf tegen de bekisting heeft gelegen (dezefoto 2.afgedrukte betondekkingaan de onderzijde vaneen object in zoute om-gevingDe ouderdom der con-structie is ruim 20 jaren.dus heeft geraakt), wordt zij door het met ce-mentspecie sausen van het betonoppervlak weg-gewerkt. Het spreekt vanzelf, dat zulke staven reedsvrij spoedig weer te voorschijn zuilen komen. Bijdekkingen van ongeveer 1 cm kan het wel meer dan8 jaar duren, voordat de staaf door roest is aangetast,daardoor een groter volume heeft ingenomen en debetondekking als schilfers heeft afgestoten (foto'sla, h en c). Bij ondervlakken van bouwwerken,welke niet met grond in aanraking komen, vallen deschilfers door de zwaartekracht af, bij dagziendeverticale vlakken blijven ge?soleerd voorkomendeschilfers soms wel hangen, vastgehouden door hungave omgeving. Men kan ze dan met de hand of meteen pennemes verwijderen. Op de duur zullen zij afvriezen. Waar een geheel wape-ningsnet zich tedicht op de bekisting bevond, wordt de geheledekking afgestoten (foto 2). Waar eenmaal beginvan aantasting van het betonoppervlak aanwezig is,zal op den langen duur een groter oppervlak telijden kunnen krijgen. De oorzaak van het kwaadlijkt wel duidelijk. Wanneer de betondekkinggeringer is dan de grindkorrelgrootte, kan debetonspeciestroom niet vrij door gaan tussen staafen bekisting; de grovere bestanddelen worden doorde staaf tegengehouden, waardoor het beton juist terplaatse waar de grootste waterdichtheid geboden is,zal ontmengen. Is plaatselijk een niet-water-dichteplek aanwezig, dan zal de vorst voor een snelleverwering zorgdragen. Bij nieuw betonwerkconstateert men ter plaatse van te dicht op debekisting zittende verticale staven wel eens, alsgevolg van ontmengde betonspecie, zanderigestrepen (foto 2 en 3); bedoelde staven tekenen zichaan het betonoppervlak af.Bij min of meer horizontaal gelegen bovenvlak-kenwordt geen bekisting aangebracht, zodatfoto 3. De wapeningsstaven van een vertikale wand tekenenzich aan de oppervlakte van het beton af.De ouderdom der constructie ongeveer 10jaren. Zal de betondekking in de loop der tijdenlos komen te zitten en afvallen?daar de genoemde oorzaak van ontmenging nietaanwezig is.Daarbij komt, dat een horizontaal wapeningsnetdoor de zwaartekracht en door het er overheenlopen steeds de neiging heeft te zakken, hetgeenvoor de betondekking van een ondernet ongunstigkan zijn (bij onvoldoende ondersteuning), doch voordie van een bovennet slechts gunstig. Vandaar, datbovenvlakken zich volgens schrijver steeds goedhouden.Teneinde de bedoelde voor het betonwerk nadeligeverschijnselen tegen te gaan, is een grotebetondekking gewenst.De minimum dekking voor verticale vlakken enondervlakken moet ten minste zo groot zijn als degrootste grindkorrels, die in het betrokkenbetonmengsel zijn toegestaan; de dekking moetworden gemeten van het buitenste wapenings-staalaf, hetzij dat het beugels of verdeelwape-ningbetreft. Indien dus de grootste toegestanegrindkorrels b.v. 2,5 cm meten, moet de dekking tenminste 2,5 cm bedragen en indien zg 5 cm grootmogen zijn, ten minste 5 cm. Tevens verdient hetaanbeveling als afstandshouders rijkelijkbetonblokjes, die goed op de plaats blijven zitten,toe te passen. Doch geen voorschrift zal baten,indien de betonwerkers hun werk nonchalantverrichten. Zij moeten zich bewust zijn van deverantwoordelijkheid, welke op hen rust; het v e r an t w o o r d e l i j k h e i d s g e v o e l m o e t b ij he n w o r d e n a a n g e k w e e k t.Voor ruw werk, zoals dikwijls in de natte water-bouwkunde voorkomt (zware muren en vloeren)zijn bedoelde dekkingen zelfs nog te gering teachten. Immers voor zulk werk worden veelallange, zeer zware wapeningsstaven toegepast (? 25tot ? 50 mm), die moeilijk kaarsrecht of volkomenstrak zijn aan te brengen en gedurende het stellenvan de wapening en het storten van het beton tehouden; de minimumdekking zal dus practisch nietoveral kunnen worden gehandhaafd.Daartegenover staat, dat grote betondekkingen hetbenodigd betonkubiek vergroten en daarmede dekosten van het bouwwerk, terwijl soms -- voordrijvende objecten b.v., zoals caissons -- hetgewicht aan enge grenzen gebonden is. Een enander overwogen hebbende, wordt door schrijvervoor voorvlakken van zware muren, zoals die vansluismuren, een dekking voorgeschreven van 8 cmbij een grootste korrelgrootte van het grint van 5cm. Bij achtervlakken, welke met grond inaanraking komen (en daardoor niet aan verweringblootstaan) wordt genoegen genomen met eendekking van 5 cm, evenals bij met grond inaanraking komende ondervlakken. Bijbovenvlakken is een dekking van 3 cm voldoende teachten.Schrijver heeft bij muren, welke van sponningen260voor verticale wrijfhouten of van verticale wrijf-ijzerszijn voorzien, wel dekkingen toegepast van 12 tot 15 cm,zonder dat zich bezwaren openbaarden.Krimpscheuren in grote dekkingen behoeven niet teontstaan; evenmin zal de dekking los komen te zitten vanhet beton achter het wape-ningsstaal, indien ten minstede bekisting van dien aard is, dat zij gedurende hetstorten van het beton niet naar voren komt of merkbaaruitbuigt, waardoor de ,,dekking" de kist zal kunnenvolgen en het beton er achter door de wapening mogelijkzal worden tegengehouden. Uiteraard moet het betonwaterdicht zijn en toch niet te vet (krimpen!). Eenhoeveelheid cement per m3gemaakt werk van 340 kg(wapenings-staal niet in het kubiek begrepen) is juist teachten. Het gebruik van cementsoorten welke onder hetbinden meer warmte ontwikkelen dan de normale, ofwelke om andere oorzaken het beton sterk doen krimpen,wordt ontraden. Laat v o o r a l n i e m a n d zich latenl e i d e n door de m e n i n g , dat bijde g r o t e b e t o n d e k k i n g e n een a c c u r a t eu i t v o e r i n g m i n d e r nodig is ! Voor lange, zwarestaven is de tolerantie, ondanks de vergrote dekking, tochnog gering!Bovenstaande beschouwingen zijn gegrond op uiteraardvrij beperkte ervaringen uit de ,,natte" waterbouwkunde.Het is, over het algemeen gesproken, in het belang vande betontechniek te achten, de beschikking te verkrijgenover zoveel mogelijk gegevens uit ervaring van anderen,niet alleen de ,,natte" waterbouwkunde betreffende, maarook de ,,droge" waterbouwkunde (viaducten, enz.) en deutiliteitsbouw.Laat een ieder, die op dat gebied iets heeft mede te delen,zulks in dit blad doen! Mogelijk dat daarna de conclusiekan worden getrokken, dat art. 13 der G.B.V., hetwelkbetrekking heeft op de betondekking, wijziging behoeftten einde gewapend-betonwerken op den langen duurmeer afdoende te vrijwaren voor beschadiging doorverwering.Lucht als vijfde bestanddeel van beton (II),,air entraining agents"door J. LemIn het eerste deel van dit artikel1) is uiteengezet, dat doorde werking van de luchtbelletjes, die door toevoeging vaneen ,,air entraining agent" in het beton worden gebrachten vastgehouden, de verwerkbaarheid zodanig wordtverbeterd, dat belangrijk minder aanmaakwater aan hetbeton behoeft te worden toegevoegd. Terloops is reedsaangestipt, dat hierdoor het ontmengen van vers betonsterk vermindert. Dit laatste is niet alleen van grootbelang bij het vervoer, doch ook bij het storten enverwerken van beton.dat bij het verwerken van zulk een beton het verhardebeton eveneens homogeen zal zijn en dus geen zwakkeplekken als gevolg van zand- en grind-nesten zalvertonen. Dezelfde vastheden, die eventueel gemaakteproefcubi opleveren, zullen alle onderdelen van hetgemaakte beton ook bezitten. Daar in beton, waaraan een,,air entraining agent" is toegevoegd, de ontstaneluchtblaasjes alle los van elkaar zitten en geen capillairsysteem vormen, is dit beton veel beter bestand tegenweersinvloeden enfig. 5. beton zonder toevoegingIn de figuren 5 en 6 is schematisch aangegeven, hoebeton, dat op een werkvloer wordt gestort, zich tijdenshet uiteenvloeien gedraagt, wanneer het:a. niet plastisch en slecht verwerkbaar is (fig. 5), enb. goed plastisch is en met weinig water is aangemaakt (fig. 6).In fig. 5 zijn vier zones te onderscheiden:A = het gestorte en zich ontmengende beton;B = plaats met meer grind en minder fijne mortel;C = plaats met bijna uitsluitend fijn materiaal;D = zich afscheidende cementlijm.In fig. 6 is van ontmengen geen sprake; het betonheeft overal dezelfde samenstelling. Het is duidelijk,1) Zie ,,Cement", No. 11--12, blz. 233--237.fig. 6. beton met een ,,air entraining agent"ondervindt het vooral van de zo schadelijke afwisselendewerking van vorst en dooi nog slechts geringe inwerking.Immers het beton wordt door deze afwisselendeinwerking slechts d?n niet beschadigd, als zijn pori?n bijhet bevriezen vrij van water zijn. Beton neemt alleenwater op, als er een capillair pori?nsysteem aanwezig is.Een dergelijke pori?n-systeem ontstaat in betontengevolge van de aanwezigheid van de overmaat water,welke bij de verharding niet chemisch wordt gebondenen alleen voor de verwerking en het transport moestworden toegevoegd. Maakt men nu beton met zo weinigmogelijk aanmaakwater en tevens onder toevoeging vaneen ,,air entraining agent", dan bezit dit beton een struc-tuur met werkelijk alleen de onvermijdelijke pori?n, dievoor het grootste deel zelfs niet capillair werken,261
Reacties